10 mei 1914
duda-wsm
10 mei 1914
Prins Hendrik heeft geen enkel benul van voetbal als hij op 10 mei 1914 voor het eerst een voetbalwedstrijd bezoekt. De echtgenoot van koningin Wilhelmina maakt zijn opwachting bij de wedstrijd HVV – Willem II in Den Haag. Het is de tweede wedstrijd om de landstitel waarvoor Willem II zich als eerste zuidelijke kampioen heeft geplaatst.
Het duel is bij een ruststand van 4-0 al goeddeels beslist als de prins-gemaal arriveert op sportpark De Diepput. Hij laat zich vervolgens eerst uitvoerig voorstellen aan de spelers. Na een driewerf hoera voor de prins kan met de tweede helft worden begonnen. Kort voor het einde houdt de prins Hendrik het voor gezien. De eindstand is dan al bereikt: 8-0.
Volgens de overlevering verbaast de prins zich erover dat de spelers van HVV de bal geen enkele keer naar hun tegenstanders spelen. Ook vraagt hij aan een van de bestuursleden van HVV: ‘Waarom ontnemen de HVV’ers hun tegenstanders toch telkens den bal.’
In de voorafgaande drie maanden heeft koningin-moeder Emma het kennelijk niet nodig geacht haar schoonzoon te informeren over de grondbeginselen van het voetbalspel. Zij bezoekt op 15 maart 1914, ook op het sportpark de Diepput, de militaire interland Nederland – Engeland (2-1). Ook zij is pas tijdens de rust komen aanzetten.
In de strijd om de landstitel blijken beide andere districtskampioenen – naast HVV is dat Vitesse uit Arnhem - veel te sterk voor Willem II. Na vier verloren wedstrijden wordt voor de Tilburgers een doelsaldo genoteerd van 2-17.
HVV grijpt in 1914 de achtste landstitel in 17 jaar. Drie spelers van HVV dragen de titel jonkheer. Vijf spelers laten zich met hun academische graad aanspreken. Jonkheer A. van den Berch van Heemstede is met vier treffers topscorer tegen Willem II.
Na de afstraffingen in de kampioenscompetitie van 1914 blijkt Willem II twee jaar later flinke vorderingen te hebben gemaakt. In 1916 is de Tilburgse club de eerste landskampioen die niet ut het westen van Nederland komt.