25 juni 1988

De zwieplob 

Een ‘zwieplob’, zo omschrijft Nico Scheepmaker in het boek ‘Voor Oranje trillen al mijn snaren’ dé goal van Marco van Basten op het EK van 1988. Het is de treffer waarmee Oranje in de finale tegen de Sovjetunie op 2-0 komt. Negen minuten na de pauze (1-0) is daarmee, zo blijkt later, de winnende score bereikt. Een wal van 30.000 in oranje gestoken fans in het Olympisch Stadion van München bejubelt op zaterdag 25 juni 1988 Oranje als de nieuwe kampioen van Europa. 

Op de tribune uit ook de Duitse coach Franz Beckenbauer zijn bewondering: ,,Het doelpunt van de eeuw. Misschien is het niet de mooiste treffer die ik in mijn leven heb gezien, maar wel de allermoeilijkste.” 

Bij de treffer verenigt Van Basten durf, lichaamsbalans, trefzekerheid en traptechniek in een wervelende beweging vanuit een meetkundig bijna onmogelijk-scherpe hoek. Twaalf meter bezijden het doel, op vijf meter van de achterlijn. Met technische perfectie en beheersing knalt Van Basten de bal kansloos voor Dassajev tegen de binnenkant van het verste zijnet. 

De lanceerbasis ligt op links vanwaar Arnold Mühren met de precisie van een lange-afstandsraket zijn diagonale pass over ruim veertig meter verzendt. Nico Scheepmaker heeft op de videoband teruggekeken hoe Van Basten daarop reageert: ‘Op dat moment staat Van Basten nog twee meter voor het strafschopgebied. Voordat hij de bal ontmoette, moest hij nog 13 meter afleggen.’ 

Met zijn treffer etaleert Marco van Basten na Ruud Gullit met diens 1-0 de individuele klasse binnen  Oranje. Van Basten kroont zich niet alleen tot topscorer van het EK (met vijf treffers), ook wordt hij met 1250 stemmen uitgeroepen tot de beste speler van het toernooi. Ruud Gullit (578 stemmen) en Frank Rijkaard  (498) maken van het erepodium een Hollandse galerij. Op de dag af tien jaar na de verloren WK-finale in Argentinië. 

De doelpunten van Gullit en Van Basten vormen de hoogtepunten van een finale waarin Oranje na de 2-0 eerst een schot van Belanov tegen de paal overleeft en dezelfde Rus vervolgens een penalty gestopt ziet door Hans van Breukelen. ,,Geluk is net een paling, Dat moet je bij de kop grijpen, anders glipt het weg”, weet premier Ruud Lubbers heel wijs bij het feest in het Hilton-hotel. 

Als de bobo’s het glas heffen, zijn de spelers snel weg. Ze trekken München in, op naar het Nachtkaffee en de discotheek P-1. Het is de warming-up voor een memorabele terugreis. In Amsterdam mogen ze niet landen, waarna vanuit Eindhoven een lange polonaise volgt; eerst 130 kilometer bijna onafgebroken zwaaiend naar de fans langs de A-2, dan door de Amsterdamse grachten. Het is vermoeiender dan de finale maar niemand voelt dat. 

Delen