26 juni 1980

De spookrijder 

We zijn in Frankfurt, de stad waar op donderdag 26 juni 1980 de Tour de France van start gaat. Het wordt de eerste Tour voor Joop Zoetemelk in de Raleigh-ploeg van Peter Post.  Hij is 33, heeft al negen keer meegedaan, is vijf keer als nummer twee gefinisht. Post en Zoetemelk hebben elkaar gevonden in een gemeenschappelijk, tot nu toe onbereikbaar doel: de Tourzege! De vraag is of dat nog wel gaat lukken na een voorjaar met veel tegenslag voor de nieuwe kopman van Raleigh.  

In Frankfurt fietst Joop Zoetemelk nog in de schaduw van Dietrich Thurau, de glamourboy van het Duitse wielrennen, 26 jaar geleden geboren in deze stad. Frankfurt heeft 1 miljoen Duitse marken (500.000 euro) moeten dokken om de start van de Tour de France te mogen beleven. Op woensdag hebben duizenden Duitsers met spandoeken, luid schreeuwend geprotesteerd tegen de komst van de profwielrenners. De bevolking van Frankfurt eist gelijke behandeling, méér fietspaden, meer faciliteiten voor de dagelijkse fietsers.

Op donderdag is Dietrich Thurau de fietser die de meeste aandacht opslokt. Uitgerekend op deze dag raakt hij in opspraak door een nieuwe dopingzaak. De Zwitserse wielerfederatie heeft de Westduitse wielerbond laten weten dat bij Thurau na het gemengde kampioenschap van Zwitserland, West-Duitsland en Luxemburg het verboden goedje phentermine in de urine is aangetroffen. Op het gebruik van dezelfde stof is hij eerder dit seizoen tijdens de Ronde van Romandië betrapt. Een maand te voren heeft de Duitser zich al onttrokken aan de dopingcontrole na de klassieker Gent – Wevelgem. 

Het tweede vergrijp had Thurau reglementair al een schorsing voor vier maanden moeten kosten. Maar de leiding van de Tour én de organisatie in Duitsland willen hun ‘kind van Frankfurt’ niet missen bij Le Grand Départ. Hij mag toch van start. Want de Duitse bond heeft ‘per ongeluk’ Thurau té laat geïnformeerd over de dopingovertreding. Daarom kan hij niet tijdig beroep aantekenen en staat niets meer in de weg dat Thurau van start gaat in de proloog. De opluchting is tastbaar bij de organisatoren nu deze ‘oplossing’ is gevonden. 

Op lakschoentjes meldt Thurau zich bij het vertrek op het Messegelände. Zijn aerodynamische tenue is van een nóg specialer stof. Hij glimt aan alle kanten. Thurau, in 1977 winnaar van de proloog, is een van de favorieten voor de eerste 7,6 kilometer van de Tour. Maar hij komt niet verder dan de vijfde plaats, op 19 seconden van winnaar Bernard Hinault. 

De Duitser raakt daarbij zelfs letterlijk het spoor bijster. Halverwege de drukke straten van Frankfurt leidt Thurau met vijf seconden voorsprong. Vervolgens slaat hij aan het zwalken raakt hij, als een spookrijder, aan de verkeerde kant van de weg verzeild. Zijn vijfde plaats houdt wel in dat Thurau zich niét voor de dopingcontrole hoeft te melden. Toeval?

Thurau mag (voorlopig) verder. In de proloog moet hij naast Hinault ook Gerrie Knetemann, Bert Oosterbosch en Ludo Peeters voor zich dulden. Joop Zoetemelk, de kopman van de Raleigh-ploeg, zal de Tour vervolgen als nummer 11 met 27 seconden achterstand op Hinault. Joop heeft een matige aanloop achter de rug, hij heeft last van zijn maag gehad. De ‘stamp’ zit er nog niet in, constateert Peter Post. Parijs is nog ver. 

Delen