24 mei 1995
Henk Mees
Patrick Kluivert
Ajax is nog niet leeggeroofd op 24 mei 1995. Het Bosman-arrest zal pas een half jaar later van kracht worden. De Europese topclubs, ook de Italiaanse, zijn nog gebonden aan de limieten van het aantal buitenlandse spelers per team. De concurrentieverhoudingen zijn nog niet scheef getrokken. Dat komt later pas als liefst elf spelers van de nieuwe Europese kampioen hun bankrekening bij een buitenlandse topclub zullen spekken.
In de finale van de Champions League in Wenen kan AC Milan nog maar twee buitenlanders inzetten: de Fransman Marcel Desailly en de Kroaat Zvonimir Boban. Drie maanden later zal Marco van Basten bekend maken dat hij zich niet langer wil kwellen, na meer dan twee jaar op non-actief. Dejan Savisevic, de Montenegrijnse uitblinker in de finale van 1994 (Milan – Barcelona 4-0!), ontbreekt wegens een blessure.
Drie weken eerder heb ik Savisevic gesproken op Milanello, het idyllische trainingscentrum van AC Milan waar de gastvrijheid ophoudt bij het zicht op het trainingsveld. We praten daar over onder anderen Silvio Berlusconi, de omstreden politicus die ook eigenaar is van Milan. Savisevic adoreert Berlusconi, niet in het laatst vanwege het honorarium dat hij mag opstrijken bij Milan.
Dejan Savisevic vertelt die middag op Milanello ook hoeveel pijn het hem doet om Marco van Basten te zien tobben met zijn chronische enkelblessure. ‘Elke keer als ik de videoband ‘100 gol di Van Basten’ zie, word ik treurig’, vertelt Il Genio.
AC Milan betreurt op 24 mei de afwezigheid van Dejan Savicevic in Wenen. Het gemis van Marco van Basten is dan allang verteerd. In de finale wordt AC Milan geconfronteerd met een nieuwe Nederlandse spits die weet wat scoren is, Patrick Kluivert, 18 jaar en nog maar net vanuit de A1-jeugd naar de hoofdmacht gepromoveerd.
In de finale beveelt Patrick Kluivert, halverwege de tweede helft ingevallen, zich als matchwinnaar (1-0) aan bij Milan. Twee jaar later koopt AC Milan hem weg bij Ajax.